Standaarddeviatie of standaardafwijking is een ander woord voor volatiliteit. Dit wil zeggen de grootte van de afwijking in de marktprijs. Dit kan zowel opwaarts als neerwaarts zijn. Hoe hoger de volatiliteit hoe meer opwaarts als neerwaarts potentieel. U kan de volatiliteit ook zelf berekenen.
Volatiliteit is de meest gebruikte maatstaf voor risico. Hoe hoger de volatiliteit hoe meer u potentieel kan verliezen. U kan potentieel ook meer winnen.
Wat is het gemiddelde rendement en volatiliteit over de afgelopen 20 jaar?
Beleggingscategorie | Gemiddelde rendement | Standaarddeviatie |
---|---|---|
Deposito’s | 4,0% | 0,5% |
Obligaties | 5,0% | 5,0% |
Vastgoed | 7,0% | 8,0% |
Aandelen | 10,0% | 15,0% |
De standaarddeviatie wil zeggen: het kan zoveel meer of minder zijn dan het gemiddelde rendement.
Bij aandelen kan u dus 25 procent per jaar verdienen maar ook 5 procent verliezen volgens de standaardafwijking. In praktijk worden goede periodes of jaren opgevolgd door slechte.
Enkel theoretisch.
Hou er rekening mee dat dit enkel theorie is. Een bepaalde sector kan overwaarderen of onderwaarderen op bepaalde momenten. Er kunnen bubbels ontstaan. Sommige sectoren veranderen van karakter. U kan dus niet op deze historische waardes terugvallen. Het nadeel van standaarddeviatie is ook dat er wordt uitgegaan van een normaalverdeling waardoor extreem grote verliezen onderschat worden.
Volatiliteit in de toekomst.
Bij opties is volatiliteit belangrijk. Voor een optie op een aandeel met hoge volatiliteit zal er meer betaald worden. Het toekomstige rendement kan veel hoger liggen, daarom wil men meer betalen voor de optie.
Volatiliteit berekenen.
Volatiliteit kan worden berekend aan de hand van de bètacoëfficiënt. De bétacoëfficiënt geeft de gevoeligheid van een aandeel ten opzichte van het marktgemiddelde weer.
Als u defensief wil beleggen koop aandelen met een bétacoëfficiënt onder 1. Als u wat meer risico wil nemer kan u er kopen boven 1.